zaterdag 25 juli 2020

Van nieuw naar nieuw

Winkelen is niet iets waar ik echt blij van word maar soms moet je wel eens iets doen dat minder leuk is. Zo af en toe ga ik met mijn dochter naar Bataviastad in Lelystad om te winkelen en dat is dan wel erg leuk. Eerst gaan we koffiedrinken, dan de winkels af en daarna lunchen en dan met de nodige gevulde tassen weer naar huis.

Het is al een tijd geleden dat wij in Bataviastad zijn geweest maar de laatste keer dat wij er waren heb ik niet alleen iets voor mijzelf gekocht maar ook voor mijn man Ben. Bataviastad heeft een goede Engelse herenmodezaak en ik zag daar mooie kwaliteitsoverhemden met een behoorlijke korting. Snel foto’s gemaakt en gestuurd naar Ben met de vraag of ze naar zijn zin waren. Ja, dat waren ze en ik heb er vier gekocht. Ik wist zijn maat en de dame in de winkel vertelde dat ik bij deze hemden XXL moest hebben. Het leek mij een erg grote maat maar dacht dat de Engelse maten wel iets anders zouden lopen dan bij de zaken waar Ben meestal koopt.

Thuis gekomen heb ik de overhemden ontdaan van de overtollige labels en gelijk doorgespoeld in de wasmachine om daarna de vouwen er goed te kunnen uitstrijken. Tijdens het strijken vond ik de overhemden toch wel erg groot en we kwamen er achter dat ze alle vier veel en dan ook veel te groot waren. Ruilen was natuurlijk niet mogelijk door mijn enthousiaste knip- en was-actie. Het gevolg was dat deze vier mooie kwaliteitsoverhemden in de kast bleven.

Omdat coronatijd vraagt om creativiteit ik heb besloten om de overhemden te vermaken en er bloesjes van te maken voor mijzelf, tijd genoeg. Twee zijn er klaar en ik ben niet ontevreden over mijn creaties. Ondertussen ben ik aan het bedenken wat ik ga doen met de twee die er nog liggen. Zo brengt het coronavirus mijn creativiteit tot een bepaalde hoogte en krijgen de nieuwe niet gedragen overhemden een nieuw leven.

Echt van nieuw naar nieuw.







zondag 19 juli 2020

Kromslootpark

Veel fietsen doen we in deze coronatijd en de meeste routes hebben we inmiddels wel gehad. Het wil niet zeggen dat de fietsroutes niet meer de moeite waard zijn, dat is zeker niet het geval. Almere heeft veel bossen en parken en regelmatig wordt er weer een mooi stuk vernieuwd of komt erbij.

Zo is onlangs het Kromslootpark behoorlijke opgeknapt en het is een fantastisch gebied om te fietsen en te wandelen. Het park van ongeveer 149 hectare ligt tussen Almere Haven en Almere stad. Het Kromslootpark is een aaneengesloten natuurgebied en bestaat uit het Beginbos en het Vroege Vogelbos. De naam Kromsloot is gegeven aan het gebied door de vele kronkelige kreken die er zijn te vinden. Ook zijn er moerasgebieden en het park is een goed leefgebied voor Schotse Hooglanders, varkens, schapen en paarden. De “vrije” dieren hebben er ook een goed leven en ben je een liefhebber van vogels dan kun je met een beetje geluk de blauwborst en het baardmannetje spotten. In oktober tijdens de vogeltrek heb je dagen dat er wel tienduizend vogels kunnen overvliegen.


Aan het Blanchardpad in het park kom je een monumentaal kunstwerk tegen van de kunstenaar Armando. Het kunstwerk “De Urn” stond eerst in het Bos der Onverzettelijken in de Verzetswijk in Almere. Dat bos is bedoeld ter nagedachtenis aan de verzetshelden van de Tweede Wereldoorlog. Het kunstwerk “De Urn” is op een gegeven moment verwijderd uit het Verzetsbos , het imposante kunstwerk herinnerde teveel aan de crematoria van de vernietigingskampen. De Rotaryclub van Almere heeft zich over het beeld ontfermd en er in 2012 voor gezorgd dat het kunstwerk een goede plek kreeg aan het Blanchardpad.

Ook al heeft Almere geen oorlogsverleden wel zijn er in de stad verschillende oorlogsmonumenten. Het beeld van Armando is van brons en is 5 meter hoog met een doorsnede van 2 meter.



Het Kromslootpark is zeker de moeite waard om te bezoeken, goede wandel- en fietspaden en vaak heerlijk rustig. 

vrijdag 3 juli 2020

Dotty

Met mijn vriendin, zij woont in de kop van Noord-Holland, heb ik regelmatig een afspraak halverwege onze woonplaatsen om even fijn bij te praten. We schrijven elkaar maandelijks maar zeker één keer per jaar spreken we af om elkaar ergens te ontmoeten en dat is meestal in Amsterdam of Haarlem, net waar we zin in hebben. Het is erg prettig om elkaar zo af en toe even persoonlijk te spreken en we hebben elkaar altijd weer veel te vertellen. We reizen met de trein en ontmoeten elkaar dan voor het station van de stad waar we onze dag doorbrengen. We gaan altijd eerst koffie drinken, dan naar een tentoonstelling en daarna samen lunchen om nog even na te praten over het moois dat we weer hebben gezien.  

De laatste keer dat we een afspraak hadden was in Haarlem en dat is al weer een tijd geleden, nog ver voor het virus onze dagen en agenda’s voor een groot deel bepaalde. Omdat we nu voorlopig geen afspraak kunnen en willen maken hebben we de telefoon gepakt en zijn er met een kop koffie maar eens goed voor gaan zitten. Na onze gebruikelijke gespreksonderwerpen kwam onze laatste ontmoeting ter sprake. Het was zoals altijd een fijne dag en we verbaasden ons er over dat het klein gesprekje dat ik had in de trein nog regelmatig door ons wordt genoemd. 

Op die dag op de heenreis naar Haarlem zat er tegenover mij een mevrouw en op het moment dat de trein begon te rijden ging haar telefoon. Ze glimlachte en zei: “Met Carla, wat is er Dotty"? Het was lange tijd stil, Dotty was aan het woord, en toen hoorde ik mijn medereizigster Carla zeggen: Natuurlijk, ik ben over 20 minuten in Amsterdam en dan gaan we samen koffie drinken en appeltaart eten”. Het was weer even stil, Dotty was weer aan het woord. En daarna: “Tot zo”.

Mijn overbuurvrouw keek mij verontschuldigend aan en zei: “Dat was mijn down-zusje Dotty, we gaan wekelijks samen koffie drinken en appeltaart eten”. Ze was nog maar net uitgesproken of de telefoon rinkelde alweer. Het was Dotty begreep ik. Na wat heen en weer gepraat hoorde ik Carla zeggen: “Op de appeltaart nemen we een grote dot slagroom zoals altijd, echt een hele grote dot, dag lieverd”.

Carla had de behoefte om het gesprekje met Dotty nog even toe te lichten en ze vertelde dat haar zusje dol was op slagroom en graag hele grote dotten op haar appeltaart had. En omdat haar zusje Dotty heet noemen ze in de familie appeltaart met slagroom altijd een “dotty”. Ik vond het erg lief klinken en dacht dat Dotty vast een heel lief meisje was en ik nam mij voor om in het vervolg appeltaart met slagroom ook maar een dotty te noemen. 

In Haarlem aangekomen vertelde ik mijn kleine belevenis aan mijn vriendin en we kwamen er achter dat we eigenlijk wel zin hadden aan koffie met een dotty. In het restaurant bestelden we koffie en mijn vriendin zei: “We willen er graag een dotty bij”. De serveerster vertelde ons dat de dotty’s op waren maar dat ze wel appeltaart voor ons had. We waren even stil en mijn vriendin zei dat appeltaart een goede vervanging was. “Slagroom erop”? “Graag” zeiden wij in koor. We hebben die dag genoten van een mooie tentoonstelling en wat er zoal bij kwam en regelmatig zeggen of schrijven we dat het weer eens tijd wordt voor een fijne dag samen en dat we dan zeker een echte “dotty” bij de koffie willen.