Het Bos der Onverzettelijken in Almere is een mooi en respectvol herdenkingsbos. Dinsdag 19 oktober 2021 is in het bos een nieuw herdenkingsmonument geplaatst. Het monument heeft de naam “Rise” en is ontworpen door de 30-jarige Laura O’Neill, een kunstenares van Britse afkomst en woonachtig in Almere. Het monument is een herdenkingsplek voor de omgekomen zeven bemanningsleden van de Short Stirling BK 716, een Britse bommenwerper uit de Tweede Wereldoorlog. De Short Stirling was op de terugweg naar de basis Downham Market in Groot-Brittannië na een bombardement op Berlijn. Boven het IJmeer werd het vliegtuig neergeschoten door een Duits vliegtuig en verdween in het water met alle zeven bemanningsleden aan boord. Geen van de bemanningsleden heeft het overleefd.
Na 75 jaar is de Short Stirling BK 716 geborgen, de belangstelling hiervoor was groot en er is wereldwijd veel aandacht aan gegeven. Dat er een herdenkingsplek voor de bemanning moest komen was snel duidelijk voor de families van de omgekomen zeer jonge mannen. Het is belangrijk voor de nabestaanden dat ze nu eindelijk een plek hebben om hun dierbaren te herdenken.
De Short Stirling was een viermotorige
bommenwerper van de RAF (Royal Air Force) en maakte deel uit van de Britse
luchtmacht en was de grootste bommenwerper van de Britse luchtvloot. Het
vliegtuig had een spanwijdte 30 meter en woog met de bommen en brandstof aan
boord 27 ton. Door hun gewicht waren de bommenwerpers van dit type niet erg wendbaar en ze waren dan ook een makkelijke prooi voor de snelle nachtjagers van de Duitse
Luftwaffe.
De RAF was in de nacht van 1943 op weg naar Duitsland met 329 bommenwerpers om Duitse steden te bombarderen waarvan 64 van het type Short Stirling. Na het bombardement op Berlijn, werd op de terugweg naar de basis in Groot-Brittannië de BK 716 neergeschoten. In die tijd had de RAF ondersteuning van de Amerikaanse en de Canadese luchtmacht en de bemanning van Short Stirling BK 716 bestond uit vijf Britten en twee Canadezen in de leeftijd van 20- tot 30 jaar. Op de terugweg boven Nederland oriënteerden de vliegtuigen zich in de nacht op de lijnen van het water en het land, vooral de dijken van de Nooroostpolder waren de herkenningspunten waarop ze konden navigeren. Dat was ook de enige navigatiemogelijkheid die ze hadden boven Nederland omdat iedereen in ons land verplicht was om te verduisteren.
Duitsland reageerde uiteraard op het bombardement dat Berlijn had verwoest. Met hun wendbare jagers onderschepten de Duitsers in de nacht van 29-30 maart 1943 de Britse bommenwerpers boven het IJsselmeer. De Short Stirling BK 716 werd die nacht geraakt en stortte neer in het Markermeer iets ten noordwesten van het gemaal Block van Kuffeler bij Almere. Veel van de vliegtuigen kwamen in het water terecht en de meeste bemanningsleden zijn nog steeds vermist. In totaal liggen er nog meer dan 150 Britse vliegtuigen op de bodem van het meer.
Tijdens de oorlog werden de gecrashte vliegtuigen niet geborgen, er spoelden weleens lichamen aan bv aan de randen van het IJsselmeer. De vliegtuigen sloegen op het water volledig in stukken en dan is een berging in oorlogstijd niet te doen. De bergingen na de oorlog zijn verricht door de ARG (Aircraft Recovery Group 1940-1945).
Bij toeval zijn de resten van Short Stirling BK 716 ontdekt door de bemanning van de KNRM (Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij) van Marken. Na de identificatie van de BK 716 hebben de nabestaanden van de bemanningsleden de gemeente Almere verzocht om de stoffelijke resten te bergen. Dit was een belangrijke voorwaarde om tot de berging van het vliegtuig over te gaan. Tijdens de berging zijn de vier motorblokken gevonden en dankzij de registratienummers kon met zekerheid worden vastgesteld dat het om de Short Stirling BK 716 ging. Doordat het toestel in honderden stukken uiteen is geslagen door de harde klap op het water, konden niet alle fragmentjes naar boven worden gehaald. Ook van de omgekomen bemanningsleden heeft men niet alle stoffelijke resten kunnen identificeren, zelfs niet met DNA.
Bij de drooglegging van Oostelijk- en Zuidelijk Flevoland zijn veel vliegtuigwrakstukken gevonden. Sinds 1960 is de bergingsdienst van de Koninklijke Landmacht bezig om de vliegtuigwrakken en de stoffelijke overschotten te bergen. De stoffelijke overschotten van de Short Stirling BK 716 zullen met militaire eer worden begraven in een gezamenlijk graf. Het ministerie van Defensie heeft laten weten dat de zeven omgekomen bemanningsleden in een gezamenlijk graf met militaire eer worden begraven. “Ze vlogen samen, stierven samen en worden samen begraven” laat het ministerie weten. De ceremonie zal plaatsvinden op begraafplaats Jonkerbos bij Nijmegen en zal worden verzorgd door de RAF.
Het onderste gedeelte van het herdenkingsmonument in het Bos der Onverzettelijken is één van de geborgen motorblokken waarop de kunstenares een beeld van een piloot van de RAF heeft geplaatst. Zij had veel over de Tweede Wereldoorlog gehoord van haar grootouders. Ze kende de verhalen van haar opa over zijn tijd in Birma en haar oma diende bij de Britse Landmacht. Laura O’Neill was erg aangedaan door de verhalen die ze had gehoord van haar grootouders. Ook was ze erg onder de indruk van de leeftijden van de omgekomen bemanningsleden van de Short Stirling. Ze heeft veel respect voor mensen die op zo'n jonge leeftijd bereid zijn hun leven op te offeren om voor de vrijheid te vechten.
Het monument is onthuld in aanwezigheid van de nabestaanden, Prinses Margriet, vertegenwoordigers van de gemeente Almere, vertegenwoordigers van de provincie Flevoland, het ministerie van Binnenlandse Zaken en koninkrijksrelaties en het ministerie van Defensie.
Het Erfgoedhuis in Almere heeft een expositie ingericht over de berging van de Short Stirling BK 716 en is nog te bezoeken tot 22 maart 2022.
Meer lezen over het Bos der Onverzettelijken kijk dan HIER
Meer lezen over het Erfgoedhuis in Almere kijk dan HIER