woensdag 28 september 2016

Zilververzameling

Het Groninger Museum heeft een mooie collectie zilver. 
De verzameling zilver is niet alleen afkomstig uit Groningen zelf maar ook zijn er verschillende stukken te zien die afkomstig zijn uit het noorden van Drenthe. 
Zilver had men om te pronken, het werd gebruikt in de kerk, door maatschappelijke organisaties en bij de rijken in de huiselijke kring.
Groningen heeft altijd veel zilversmeden gehad en vanaf 1607 heeft 
het zilver vervaardigd in Groningen een keurmerk.
Zilveren voorwerpen uit de 16de eeuw of van eerder heeft het museum niet in de collectie. In die periode is het zilver dat er was regelmatig omgesmolten als de tijden minder goed gingen en in oorlogstijd.


(foto's gemaakt in het museum)

zaterdag 24 september 2016

Katten

Ik heb er altijd een beetje moeite mee om deze grote katten te zien liggen in hun kleine ruimte in Artis.
Ze zien er zo aardig en aaibaar uit dat ik ze eigenlijk wel bij de poot wil nemen en gezellig meenemen naar huis. Het is natuurlijk geen goed idee en ik doe ook geen poging daartoe. Ik denk ook niet dat onze katten er blij mee zouden zijn, het wordt dan ook wel heel erg druk op het voeteneind van ons bed.  

woensdag 14 september 2016

Bestaan kamerplanten?

Ergens heb ik gelezen dat als kamerplanten konden denken en handelen, ze gelijk terug zouden gaan naar hun natuurlijke standplaats, het oerwoud, de rotswand of naar de woestijn.
De planten die in onze huizen staan zijn er niet vanzelf gekomen, ze zijn van ver gehaald en gewoon bij ons binnengebracht. 
De term “kamerplant” is bedacht door mensen die op een gegeven moment de schoonheid zagen van de bijzondere en mooie planten. 
De planten die uit verre streken kwamen wilden ze graag in hun huizen hebben, en ze konden er goede sier mee maken

Kamerplanten zijn nu ook niet meer weg te denken uit onze huizen, kantoren en openbare gebouwen. De planten doen het in onze huizen vaak beter dan dat ze het doen op de plaats van herkomst. Dat komt door de goede verzorging die ze krijgen en de steeds maar voortgaande ontwikkeling die er gaande is in het kweken en verzorgen van de kamerplant.

In een tuincentrum zien we een enorm aanbod van grote en kleine planten die uit alle hoeken van de wereld zijn gekomen. We kunnen tegenwoordig zelfs plantjes kopen die helemaal nergens te vinden zijn in de wereld. Dat zijn planten die tot stand zijn gekomen door kruising en/of mutatie. Meestal leven deze plantjes niet zo lang, het zijn gewoon weggooiplanten geworden. Een voorbeeld hiervan is het potchrysantje, dit plantje wordt bespoten met een remmiddel om zo de groei te beperken. Poot je een stekje van deze plant dan kan het zijn dat deze gewoon weer uitgroeit naar zijn oorspronkelijke grootte.

De planten die naar Europa zijn gekomen werden in de 15de eeuw meegenomen door de ontdekkingsreizigers uit andere werelddelen. Veel van de meegenomen planten overleefden de overtocht niet of konden niet tegen de weersomstandigheden waarin ze terecht kwamen. Toch wilde men de meegenomen planten graag goed houden en er werden daarom speciale huizen voor de planten gebouwd. De kassen.
De planten die werden meegenomen uit andere gebieden werden gekocht door mensen met geld, zij lieten studie maken van de planten en ook wilden ze graag pronken met hun aankopen. 
Ze plaatsten de planten in de zgn. oranjerieën. Een mooi voorbeeld hiervan is het Palm House in de Kew Gardens  (Engeland).  Mensen konden deze, door architecten ontworpen kassen bezoeken, er thee drinken en hun sociale contacten onderhouden. Ondertussen konden ze ook nog genieten van de vele planten, waarvan sommigen ook nog eens prachtige, kleurige bloemen hadden.

Je kunt wel zeggen dat dit het begin is geweest van de kamerplant. Op een gegeven moment begon men van de geïmporteerde planten stekjes te halen en zette deze in potjes. De kleinere potten pasten gemakkelijk in huis op de vensterbank of in de serre. Op deze manier bootste men een kas na, de plant stond binnen, kreeg veel licht en zon en kreeg de verzorging die het nodig had. 
Zo genoten niet alleen de rijke mensen van de planten maar ook de iets minder rijke mensen konden op deze manier planten in huis halen. 
Het was wel even wennen om planten in huis te zetten, men was gewend dat ze buiten stonden, ze hoorden niet in huis.

Tegenwoordig zijn de kamerplanten niet meer weg te denken uit onze huizen. Planten hebben een goede invloed op mensen, ze brengen vocht en zuurstof in de omgeving en ze horen bij de aankleding van het huis. 
Planten in huis maakt de woning sfeervol en gezond, het is prettig om ze te verzorgen en je kunt er tegen praten, ze spreken je niet tegen. 
Sommige mensen beweren, er zijn zelfs onderzoeken naar  geweest, dat planten als ze luisteren naar muziek van Mozart hun bladeren en/of bloemen zich gaan richten naar de cd-speler. 
Betrouwbare onderzoeken hebben uitgewezen dat mensen gezonder zijn als ze wonen en werken in een omgeving waar planten staan. 
Het is prettig om naar mooie planten te kijken en je krijgt er niet gauw “genoeg” van. 

vrijdag 9 september 2016

Schouwspel

Op een zonnige dag is er ook aan de buitenkant van de schouwburg in Almere
 veel te aanschouwen.



Het gebouw is ontworpen door de Japanse architecten Kazauyo Sejima en Ryue Nishizawa van architectenbureau Sanaa.
De architecten vonden dat licht, eenvoud en transparantie voorop moest staan.
De schouwburg staat aan het Weerwater in het stadshart en het lijkt alsof het gebouw drijft in het water.
De schouwburg is in 2006 geopend.

zaterdag 3 september 2016

Romaanse tijd

De naam Romaans is voor het eerst gebruikt in 1820 en is te danken aan de Franse kunsthistoricus Charles de Gerville.
Hij zag grote overeenkomsten in de bouwkunst tussen 900 tot 1200 en de Romeinse bouwkunst.

Omstreeks het jaar 1000 kwam er welvaart in Europa. De bevolking nam toe en het was de tijd dat de pelgrimstochten op gang kwamen. 
Door deze bevolkingsaanwas en de langskomende reizigers kon er veel worden gebouwd.
Er kwamen kloosters, kerken en kastelen,  gebouwd in de stijl die we nu kennen als Romaans.

Kathedraal van Verona
De Romaanse bouwkunst kwam voort uit de Karolingische tijd en begon zich te ontwikkelen vanaf ongeveer 750. Deze periode wordt ook wel Voor-Romaans genoemd.
Bij de Karolingische bouwkunst lag de nadruk vooral op kerken met hun eigen unieke kenmerken. De enorme gesloten bouwwerken moesten bestand zijn tegen brandstichting en plundering. Wat de kerken vooral moesten uitstralen was  rust en duidelijkheid voor de gelovigen. Daarbij kwam dat de gelovigen door de grootte van de kerk  het gevoel moesten krijgen dat ze nietig en klein waren tegenover het goddelijke.

Bij de Romaanse bouw veranderde er veel ten opzichte van de Karolingische bouw.
De vernieuwingen die plaats vonden tijdens de Romaanse periode waren complex. De zeer brandbare houten plafonds werden vervangen door gewelven van steen, wat veel gewicht gaf op zijkanten. De zijwaartse druk werd opgevangen door het plaatsen van pijlers ondersteund door zuilen of halfzuilen, de zogenaamde schalken. Het gewelf kreeg ondersteuning door een gordelboog, deze boog maakte het mogelijk om de kerken hoger, lichter en sierlijker te maken.

Een kenmerk van de Romaanse kathedraal is de axiale bouw, een denkbeeldige as die het gebouw verdeeld in twee symmetrische helften. Door deze manier van bouwen konden er twee torens aan de voorkant worden geplaatst, de zgn. tweelingtorens, naast de vieringtoren. Een vieringtoren wordt ook wel kruisingstoren genoemd en staat boven op de viering van de kerk precies op de kruising van het schip en het transept. Ook bouwden ze vaak nog extra torens en werden er straalkapellen aangebouwd. Het bouwwerk kreeg op deze manier een elegante uitstraling.

Plattegrond kathedraal
Dat de verspreiding van deze vernieuwing als snel zijn weg vond door heel Europa was te danken aan de vele pelgrims die door verschillende landen trokken.
Deze pelgrimages waren voor de kerk een grote bron van inkomsten. Met deze extra inkomsten konden de kerken verder worden verfraaid met rijke versieringen en werden er relikwieën aan gekocht om nog meer pelgrims aan te trekken. De kerken die langs de pelgrimsroutes werden gebouwd waren dan vaak ook veel groter dan eigenlijk nodig was voor de eigen bevolking.

Fries en kapiteel in de
Sint Servaesbasiliek, Maastricht
De beelden die zijn aangebracht in Romaanse kerken zijn erg stijf en de lichaamsverhoudingen kloppen in het geheel niet. Dat was ook niet de bedoeling, de beelden moesten voldoen aan de “beeldtaal” van die tijd. Het was voorschrift vanuit de kerk om de beelden op een zodanige manier te maken dat de beeldtaal begrijpelijk was voor de “gewone mens “.
Het was een afspraak waar iedere beeldhouwer zich aan moest houden, deze afspraak werd “beeldconventie” genoemd. 
Tegenwoordig heeft een beeld niet meer de taak om ons iets te leren. 
De kunstenaars van deze tijd gebruiken hun eigen, persoonlijke beeldtaal, dat is ook de reden waarom we Moderne Kunst niet altijd begrijpen.

De schilderkunst stond in de Romaanse periode vooral in dienst van de architectuur. Er werden decoraties aangebracht op zuilen, bogen en kapitelen. 
Op de wanden werden voorstellingen geschilderd met de tempera- en/of  frescotechniek. De figuren op de schilderingen zijn vaak zwart omlijnd. Soms is er mozaïek aangebracht als daarvoor de juiste materialen voor handen waren. 
Mozaïek is een kunstuiting overgebleven uit de Byzantijnse periode.

In de Romaanse tijd werden er in de kerk voor de eredienst mooie voorwerpen gebruikt. De wijwaterbakjes, wierookvaten, kandelaars, kronen en altaarversieringen waren echte kunstwerken en de boekbanden waren vaak versierd met goud, gesneden edelstenen en ivoor. De edelsmeden zaten in die tijd niet zonder werk.

Dom in Speyer
Veel van de Romaanse bouwwerken zijn door de eeuwen heen verwoest of verbouwd. Een paar bouwwerken zijn nog te zien in het buitenland, bv in Duitsland in Speyer,  Keulen en Trier , en in Engeland zijn ze nog te bewonderen in  Barnay, Canterbury en Durham

Reis je door Frankrijk dan zie je dat de bouwwerken verschillen per regio. Deze verschillen kwamen tot stand door de vier belangrijke pelgrimsroutes die vanuit het noorden van Frankrijk richting Spanje gingen. Mooie voorbeelden hiervan zie je bv. in Limoges, Tours en Toulouse. Ook in Spanje werd in die tijd de bouw beïnvloed door de pelgrimsroute vanuit het zuiden van het land, mede onder invloed van de Moren, er was in die tijd een voortdurende strijd gaande tussen Spanjaarden en de Arabieren.
In Italië zie je, net als in Spanje, dat daar de Romaanse bouwwerken eveneens per regio verschillen. De kerken in Milaan zien er anders uit dan bv. in Venetië.
Belangrijke pelgrimsroutes door Frankrijk

Zuiver Romaanse kerken kom je in Nederland niet tegen. De bouwwerken die hier zijn overgebleven uit die tijd zijn uit de overgangsperiode van Romaans naar Gotiek. Deze periode  wordt aangeduid met de term Romanogotiek.  Voorbeelden hiervan zijn  de  abdij Rolduc  in Kerkrade, de Munsterkerk in Roermond  en in Maastricht staan Onze Lievevrouwbasiliek en de Sint Servaesbasiliek.