zaterdag 15 juni 2013

Zirkoon en Zirkonia

zirkoon
Zirkoon en zirkonia zijn twee verschillende steensoorten. Zirkoon is een natuurlijke edelsteen en zirkonia is een synthetische steen.

De naam zirkoon komt van het Perzische zargün en betekent goudkleur. Zirkoon komt overal in de aardkorst voor, vooral in magmagesteenten en soms diep in de aardkorst bij metamorfe gesteenten.

zirkoon
Het gesteente is meestal groen en bruin, de andere kleuren zoals blauw, lichtbruin en de kleurloze hebben hun kleur gekregen doordat ze enkele uren zijn verhit bij een temperatuur van 1000 graden C. 
Andere voorkomende natuurlijke kleuren zijn de geelachtige, ook wel hyacint genoemd en de rode stenen, deze zijn de duurste van allemaal. Iets minder kostbaar zijn de bruingele, purperrode en de roodbruine. Het minst in trek zijn de bruine en de groene zirkonen. 

Zilveren ringen met Zirkonia.
Zirkoon wordt gevonden in Australië, Thailand, Cambodja, Sri Lanka, Birma, Madagaskar, Tanzania en Canada. In het departement Haute Loire in Frankrijk is rode zirkoon te vinden.

Zirkoon heeft een hardheid van 7.5 op de schaal van Mohs, maar is niet gemakkelijk te slijpen omdat het gesteente nogal bros is. De stenen kunnen gemakkelijk beschadigen of scheuren. Daardoor is er bij het slijpen van ruwe stenen veel verlies. Grote stenen zijn er erg weinig en enkele zijn er te zien in musea, o.a. in het Smithonian Institute in Washington. Hier zijn enkele exemplaren te bewonderen van meer dan 100 kt. 

geslepen zirkonia
Een zirkonia is een synthetische steen en komt in de buurt van een diamant, maar flonkert minder. De zirkonia heeft een hardheid van 8.5 op de schaal van Mohs en is dus harder dan de edelsteen zirkoon, en ligt wat hardheid betreft dichter bij de diamant (10 op de schaal van Mohs).

Het voordeel van een synthetische steen is dat het in elke gangbare kleur en vorm  is te maken en te slijpen. De zirkonia is dan ook geliefd in de sieradenindustrie, vooral omdat de zirkonia  minder kostbaar is dan de zirkoon.
De zirkonia is eigenlijk een diamantje onder de synthetische stenen.

zaterdag 8 juni 2013

Koh-i-Noor


Kroon met de Koh-i-Noor
De Koh-i-Noor of Berg van Licht. Deze steen is de oudste bekende diamant ter wereld, gevonden in India en was in 1304 in het bezit van de radja van Matwa.
Net als veel andere beroemde diamanten is ook de Koh-i-Noor omgeven met verhalen, complotten en geheime krachten. Men dacht in de tijd van de radja van Matwa, dat de eigenaar van de steen de machtigste man van de wereld zou worden, maar ook veel tegenspoed zou krijgen.

Er waren veel mensen die graag de machtigste persoon op aarde wilden zijn en er begon een eeuwenlange strijd om de diamant. Omdat de steen na de macht van een man, rampspoed zou brengen mocht de steen alleen worden gedragen door een vrouw of een god. De waarde van de steen was in die tijd het totale inkomen van de hele wereldbevolking op één dag. De steen was eeuwenlang in handen van sultans en mogolkeizers en verbleef in India en Perzië.

Volgens de verhalen zou de steen lange tijd het voorhoofd van de godin Shiva hebben gesierd, ook zou hij jarenlang verborgen zijn geweest in een gevangenismuur en zou hij verborgen zijn geweest in de tulband van een mogolkeizer.


Shah Shujah Durrani,
hij heeft de diamant op zijn hoofdtooi. 
De laatste eigenaar was de Perzische Shah Shujah Durrani, door een hevige strijd om de Perzische troon vluchtte hij in 1809 met de Koh-i-Noor naar India waar hij gevangen werd genomen. Hij kocht zijn vrijheid door de diamant aan de maharadja te schenken. Deze maharadja liet in zijn testament zetten dat de diamant na zijn dood  zou gaan naar de Jagannathtempel, een belangrijke hindoetempel in India.

In 1848 nam de Britse East India Company het Sikhrijk Punjab, in Noord-India in, de Britten verdreven de laatste sikhkeizer Dalip Singh van zijn troon en namen hem gevangen. De Britten zagen kans om de Koh-i-Noor te stelen en gaven de steen in 1850 cadeau aan Koningin Victoria. Op dat moment was de steen 186 kt (karaat).

Vanaf die tijd is de steen in Groot Brittannië gebleven. De steen werd geplaatst in de kroon van koningin Mary, de echtgenote van George V. Er was in die tijd veel aandacht voor de steen en moest dan ook pronken op een tentoonstelling in het Crystal Palace. De Britten waren nogal teleurgesteld omdat de steen in de staat waarin hij verkeerde er niet zo geweldig uitzag.

Na de herslijping

Koningin Victoria besloot daarom in 1852 om de steen te laten herslijpen in Amsterdam. Prins Albert, de echtgenoot van koningin Victoria hield er persoonlijk toezicht op. Na de herslijping was de steen nog 108.93 kt maar zag er
 "schitterend" uit. De diamant werd daarna geplaatst in een diadeem met 2000 andere briljantjes

Koningin Victoria was nogal bijgelovig en zij hechtte veel waarde aan de verhalen die er werden verteld over de Koh-i-Noor. Die verhalen waren voor haar een reden om testamentair vast te leggen dat alleen de vrouwen van regerende vorsten van het koninkrijk de diadeem met de beroemde diamant mochten dragen.

Later werd de steen gezet in de kroon die alleen zou worden gedragen door de echtgenote van de koning. Koningin Elisabeth, de vrouw van George VI, droeg bij de kroning van haar echtgenoot in 1936 voor het eerst de kroon met de beroemde diamant.
Bij haar overlijden in 2002 lag deze kroon op haar kist.
De kroon met de Koh-i-Noor ligt met de andere kroonjuwelen opgeslagen in de Tower in Londen.
Onlangs heeft het Indische parlement officieel de Koh-i-Noor teruggevraagd.

Je ziet de geschiedenis van de beroemde diamant is nog niet ten einde. 

zaterdag 1 juni 2013

Parure

Parure met stenen van malachiet.
Eigendom van Koningin Desideria van Zweden
Een parure is een set bij elkaar horende sierden. Parure betekent o.a. opschik en komt van het Franse woord parer. 
Een parure bestaat uit een collier, twee armbanden, een broche, twee oorbellen, een diadeem of een kam en soms horen er nog haarpinnen bij.

Zijn er twee of drie bij elkaar passende sieraden in een set, dan spreken we van een demi-parure.

Een parure was vooral in de 18  eeuw aan regels gebonden wat materialen en edelstenen betrof. In de 19 eeuw werden de regels nog strikter, alles moest perfect op elkaar zijn afgestemd.
Koningin Desideria van Zweden.
( 1777-1869)
In die tijd was één of meer parures geen uitzondering onder mensen van de hogere klasse en de koninklijke families.

De adellijke dames voelden zich niet compleet zonder één of meer parures. Parures gaven hun aanzien en macht, hadden de dames geen parures dan waren ze sociaal niet aanvaardbaar in hun milieu.

Juweliers in die tijd streden om de gunst van de leden van het hof en de hogere kringen, zij ontwierpen steeds fantasierijkere sets. Het was de kunst om de sluitsystemen en de onderdelen van een parure zo te maken dat ze van elkaar gehaald konden worden om ze dan weer te kunnen bevestigen aan een ander onderdeel. Bv, een hanger kon een broche worden en de broche kon weer aan een ketting worden gehaakt, zo hadden de dames veel mogelijkheden. Hun collectie leek dan groter en dan kon hun status alleen maar verhogen.

Marie-Louise van Oostenrijk.
(1791-1847)
Parures waren in die tijd zo populair dat het mode was om niet alleen 's avonds een parure te dragen, maar ook overdag. Wel waren de parures die overdag gedragen werden van eenvoudiger materiaal en de stenen waren over het algemeen geen edelstenen maar halfedelstenen. 
Een ring was geen onderdeel van een parure, ringen waren in die periode nauwelijks in beeld.

Het is bekend dat Napoleon Bonaparte een liefhebber was van parures. Hij gaf zijn eerste vrouw Josephine de Beauharnais verschillende sets, die zij kon dragen tijdens staatsaangelegenheden.  Later gaf hij soortgelijke sets aan zijn tweede vrouw Marie-Louise van Oostenrijk.