zaterdag 30 mei 2020

Pech

Ik wacht op een visje.
Daar zie ik iets.

De aalscholver was mij voor.

Wat zal ik doen?

Ik ga net doen of er niets aan de hand is.

zaterdag 23 mei 2020

Pioenroos

De pioenroos wordt meestal pioen genoemd maar eigenlijk heet de bloem Paeonia. Er is een mooi verhaal over hoe de pioenroos aan zijn naam is gekomen. 
Paeonia is afgeleid van de naam van een Griekse heler genaamd Paeon. Hij was een leerling van Asclepius, een God van de geneeskunst en genezing. Paeon gaat op een mooie dag naar de heilige berg Olympus om planten en kruiden te zoeken voor zijn geneeskunst en komt daar een grote en ook prachtige bloem tegen. Hij neemt de bloem mee en gaat aan de slag met de wortels om er een medicijn van te maken. Het lukte hem om een medicijn te maken en dat kwam goed van pas toen de Pluto, de God van de onderwereld, ziek werd en genas door het middel dat Paeon had gemaakt van de wortels van de bloem die hij had gevonden tijdens zijn zoektocht op de berg Olympus. Paeon zijn leermeester Asclepius kon het niet verkroppen dat een leerling van hem een medicijn had gevonden en daarmee de belangrijke God Pluto had genezen. Zijn afgunst bracht het slechtste bij hem naar boven en hij besloot Paeon te vermoorden. Pluto vond het lichaam van Paeon en besloot hem te eren. Hij veranderd het lichaam van Pluto in de bloem die hem had genezen en noemde hem Paeon. Door Pluto kunnen wij al eeuwen genieten van prachtige pioenrozen, er zijn inmiddels meer dan 1000 verschillende soorten in alle kleuren en maten.






In China zeggen ze dat de pioenroos oorspronkelijk uit hun land komt, de pioenroos is er de nationale bloem. Volgens bronnen is de pioenroos rond 1780 van China naar Europa gekomen. In China wordt de bloem vooral gekweekt voor de wortels omdat daar de geneeskrachtig stoffen inzitten en een bloedstelpende en koortsverlagende werking hebben.

Mooie verhalen over een prachtige bloem die mooi staat in een vaas en het goed doet in de tuin. 

zaterdag 16 mei 2020

Vroeg weg

Het was gisteren weer een prachtige dag dus even voor de drukte aan de natuur in. Waterflesje gevuld, appeltje gewassen, fototoestel en de verrekijker in de fietstas en wij waren er klaar voor. 



Fietsen langs de Lepelaarplassen is meestal rustig, weinig fietsers en de mensen die ook van dit mooie stukje natuur genieten houden rekening met de andere genieters. Hier en daar staat een bankje en wij weten waar ze staan dus op een gegeven moment konden we genieten op ons favoriet bankje met uitzicht op de plassen. Er was weer veel te zien want de zilverreigers en lepelaars hebben hier hun broedgebied. Wat is er dan mooier om met je verrekijker het doen en laten van alles dat er leeft in de plassen te bespieden? Maar helaas, ik dacht dat ik de verrekijker in de fietstas had gedaan maar hij lag waarschijnlijk nog in de fietsenberging. Geen probleem, ik had mijn fototoestel niet vergeten en ik kan met mijn toestel behoorlijk inzoomen. Na een paar foto’s was het tijd om een appeltje te eten en een slok water te nemen en ondertussen genieten met half dichte ogen van het geluid, vooral de kikkers, die kunnen er wat van. Op het moment dat ik mijn appel doormidden heb gesneden en ontdaan van het klokhuis zie ik mooie bloemen aan mijn voeten staan en die wil ik gelijk fotograferen. Door een onhandige manoeuvre viel de helft van mijn appel in het gras voor mijn voeten. Jammer, maar weer oppakken deed ik niet, er zullen ongetwijfeld wel beestjes zijn die er van gaan genieten. 

Ik heb nog wel een paar foto’s van de bloemen aan mijn voeten gemaakt en ook van de gevallen halve appel. Toen zag ik weer iets moois, een koppeltje ganzen die roerloos over het water stond te kijken, ook dat moest natuurlijk op de foto. Maar dan, de batterij van mijn fototoestel  was leeg en kon ik geen foto’s meer maken. 


We hebben nog een tijd gezeten en zijn daarna doorgefietst naar het natuurgebied Pampushout, waar we maar twee hardlopers tegen zijn gekomen.

Na twee uur waren we weer thuis en ik moet zeggen dat het een prachtige rit was, ook al kon ik niet naar vogels kijken met de verrekijker, ik maar een halve appel heb gegeten en geen foto’s in het Pampushout heb kunnen maken.

In de natuur zijn geeft mij rust en ik kom dan ook vol energie weer thuis. 

zaterdag 9 mei 2020

Familieverhaal

Familieverhalen blijven leuk en bijzonder. Er zijn verhalen die elke keer als ze worden verteld een beetje worden aangedikt of afgezwakt. Er zijn ook verhalen die blijven zoals ze zijn omdat ze zo bijzonder en ook mooi zijn.

Onderstaand familieverhaal speelt zich af in het Groningse dorp Westerbroek zo rond 1900. Het was in die tijd voor heel veel mensen een moeilijke tijd, hard werken als je al werk had, weinig geld en grote gezinnen, dat was in de meeste dorpen geen uitzondering. Het was vanzelfsprekend niet allemaal kommer en kwel, veel gezinnen waren tevreden en op hun eigen manier gelukkig. Als de vader werk had, er geen ziektes in de gezinnen waren en de kinderen goed opgroeiden was er weinig aan de hand. Ook waren er, zoals op elk dorp de feestelijkheden zoals markten, kermissen, bruiloften, geboortes en andere gedenkwaardigheden.  

In 1876 werd in Westerbroek in een gezin met negen kinderen Jan geboren en in hetzelfde jaar, in een gezin met elf kinderen, kwam in het dorp Middelbert Hinderkien op de wereld. Ze groeiden op en na hun schooltijd was het tijd om te gaan werken en waarschijnlijk heeft Hinderkien een “dienstje” gehad als keuken- of kindermeisje op een boerderij. Jan werd koster in Westerbroek en zorgde in de kerk voor het schoonmaken, het laten branden van de kachels, de klok luiden op zondag en tijdens de kerkdienst het orgel pompen, kortom de boel op orde houden.

Op een gegeven moment kwamen Jan en Hinderkien elkaar tegen, grote kans dat het tijdens de jaarlijkse kermis was en werden verliefd. Ze kregen verkering en hadden trouwplannen. Jan kon als koster met honderd gulden per jaar wel aan trouwen denken en Hinderkien zag het ook wel zitten met deze jongen. Het stel trouwde en ze gingen wonen in kostershuisje achter de kerk.

Na verloop van tijd kwam het eerste kind en bijna ieder jaar weer een nieuw kind. Zeventien kinderen heeft Hinderkien gebaard, twee miskramen gehad en er is een kind bij de geboorte overleden. En dat allemaal in het kleine huisje achter de kerk. Op zolder sliepen de oudste kinderen lepeltje aan lepeltje en de jongsten in de bedstee in de huiskamer. De allerjongste sliep in de krib in de bedstee van Jan en Hinderkien. Zeventien kinderen baren en verzorgen dat was wel heel veel zorg voor de moeder. Hinderkien wilde niet nog meer kinderen maar hoe zorg je er voor dat het ook niet meer gebeurd? Dat was in die tijd niet gemakkelijk, je kreeg ze gewoon en zo was het leven.

Hinderkien kon goed lezen en schrijven en als ze laat in de avond klaar was met het zorgen voor haar grote gezin had ze even een momentje voor zichzelf en dan schreef ze gedichten. Het was in de hele regio bekend dat ze gedichten schreef en ze werd dan ook vaak gevraagd om iets te schrijven voor speciale gelegenheden, zoals bruiloften, begrafenissen of een jubileum.

Hinderkien had het best druk met het dichten en schreef dan ook vaak tot ver na bedtijd. Jan was al diep in slaap als Hinderkien eindelijk ook het echtelijke bed opzocht. Het liefdesleven van Jan en Hinderkien kwam op een zeer laag pitje te staan en Hinderkien kwam er achter dat zij op deze manier weinig kans had om nog eens zwanger te worden. Het verhaal gaat dat het dichten van Hinderkien heel wat jaren tot laat in de avond doorging. Het maken van gedichten was voor haar eigenlijk een heel goed anticonceptiemiddel, ze raakte niet meer in verwachting. Volgens familieleden heeft het huwelijk niet geleden onder de dichtdrang van Hinderkien, de kinderen hebben allemaal mooie herinneringen aan hun jeugd in het kleine kostershuis.

Na 51 jaar getrouwd te zijn geweest overleed Jan in 1950 en drie jaar later overleed Hinderkien. Het is een mooi familieverhaal en gelukkig is er aan het verhaal nooit iets toegevoegd of weggelaten. Jaren geleden kregen wij van een ver familielid een foto opgestuurd van Hinderkien en een gedicht dat na lang zoeken nog in een oude krant is gevonden. 


woensdag 6 mei 2020

Stekelig


In de eerste weken van de coronacrisis toen het tot de mensen doordrong dat we in een ernstige situatie zaten, waren de meeste mensen bereid tot de 1 ½ meter afstand. Kwam je iemand tegen die, vooral tijdens het fietsen zich toch gedroeg alsof er niets aan de hand was wekte dat bij andere fietsers behoorlijk wat irritatie op. Daarna ging het even goed, het leek even alsof iedereen er goed van doordrongen was dat het ernst was met het virus. De laatste week lijkt het alsof er weinig meer aan de hand is, het is druk op het fietspad en bijna iedereen blijft naast elkaar rijden. Het valt mij op dat mensen prikkelbaar op elkaar reageren en stekelige opmerkingen maken. 

maandag 4 mei 2020

Slimme jongens

Bijna elke dag zitten aan de vijver voor ons huis twee jongens te vissen. Weer of geen weer, de jongens zijn er en staan met hun hengel urenlang te wachten tot ze beet hebben. Sinds gisteren hebben ze het zich een beetje gemakkelijk gemaakt, ze kunnen het staan afwisselen met zitten. Ik denk dat er thuis bij de eettafel twee stoelen minder staan.