Onderstaand familieverhaal speelt zich af in het Groningse dorp Westerbroek zo rond 1900. Het was in die tijd voor heel veel mensen een moeilijke tijd, hard werken als je al werk had, weinig geld en grote gezinnen, dat was in de meeste dorpen geen uitzondering. Het was vanzelfsprekend niet allemaal kommer en kwel, veel gezinnen waren tevreden en op hun eigen manier gelukkig. Als de vader werk had, er geen ziektes in de gezinnen waren en de kinderen goed opgroeiden was er weinig aan de hand. Ook waren er, zoals op elk dorp de feestelijkheden zoals markten, kermissen, bruiloften, geboortes en andere gedenkwaardigheden.
In 1876 werd in Westerbroek in een gezin met negen kinderen Jan geboren en in hetzelfde jaar, in een gezin met elf kinderen, kwam in het dorp Middelbert Hinderkien op de wereld. Ze groeiden op en na hun schooltijd was het tijd om te gaan werken en waarschijnlijk heeft Hinderkien een “dienstje” gehad als keuken- of kindermeisje op een boerderij. Jan werd koster in Westerbroek en zorgde in de kerk voor het schoonmaken, het laten branden van de kachels, de klok luiden op zondag en tijdens de kerkdienst het orgel pompen, kortom de boel op orde houden.
Op een gegeven moment kwamen Jan en Hinderkien elkaar tegen, grote kans dat het tijdens de jaarlijkse kermis was en werden verliefd. Ze kregen verkering en hadden trouwplannen. Jan kon als koster met honderd gulden per jaar wel aan trouwen denken en Hinderkien zag het ook wel zitten met deze jongen. Het stel trouwde en ze gingen wonen in kostershuisje achter de kerk.
Na verloop van tijd kwam het eerste kind en bijna ieder jaar weer een nieuw kind. Zeventien kinderen heeft Hinderkien gebaard, twee miskramen gehad en er is een kind bij de geboorte overleden. En dat allemaal in het kleine huisje achter de kerk. Op zolder sliepen de oudste kinderen lepeltje aan lepeltje en de jongsten in de bedstee in de huiskamer. De allerjongste sliep in de krib in de bedstee van Jan en Hinderkien. Zeventien kinderen baren en verzorgen dat was wel heel veel zorg voor de moeder. Hinderkien wilde niet nog meer kinderen maar hoe zorg je er voor dat het ook niet meer gebeurd? Dat was in die tijd niet gemakkelijk, je kreeg ze gewoon en zo was het leven.
Hinderkien kon goed lezen en schrijven en als ze laat in de avond klaar was met het zorgen voor haar grote gezin had ze even een momentje voor zichzelf en dan schreef ze gedichten. Het was in de hele regio bekend dat ze gedichten schreef en ze werd dan ook vaak gevraagd om iets te schrijven voor speciale gelegenheden, zoals bruiloften, begrafenissen of een jubileum.
Hinderkien had het best druk met het dichten en schreef dan ook vaak tot ver na bedtijd. Jan was al diep in slaap als Hinderkien eindelijk ook het echtelijke bed opzocht. Het liefdesleven van Jan en Hinderkien kwam op een zeer laag pitje te staan en Hinderkien kwam er achter dat zij op deze manier weinig kans had om nog eens zwanger te worden. Het verhaal gaat dat het dichten van Hinderkien heel wat jaren tot laat in de avond doorging. Het maken van gedichten was voor haar eigenlijk een heel goed anticonceptiemiddel, ze raakte niet meer in verwachting. Volgens familieleden heeft het huwelijk niet geleden onder de dichtdrang van Hinderkien, de kinderen hebben allemaal mooie herinneringen aan hun jeugd in het kleine kostershuis.
Na 51 jaar getrouwd te zijn geweest overleed Jan in 1950 en drie jaar later overleed Hinderkien. Het is een mooi familieverhaal en gelukkig is er aan het verhaal nooit iets toegevoegd of weggelaten. Jaren geleden kregen wij van een ver familielid een foto opgestuurd van Hinderkien en een gedicht dat na lang zoeken nog in een oude krant is gevonden.
Dichten als anticonceptiemiddel! Dat is nog eens een mooi verhaal.
BeantwoordenVerwijderenZeker, en het blijft een mooi verhaal.
Verwijderen