zaterdag 30 september 2017

Een kind kan de was doen

Het pretje
De was doen was in de tijd van mijn oma, en ook nog een aantal jaren voor mijn moeder, niet gemakkelijk en zeker geen pretje om te doen. Het pretje kwam als het wasgoed  weer schoon en gestreken in de kast lag. 
Op maandag was het wasdag en de witte was ging op de bleek, de bonte op het droogrek of hing aan de lijn te wapperen. Was het slecht weer dan werd de was binnen gedroogd, in de winter op een rekje bij de kachel of als je een zolder had werd daar het natte wasgoed opgehangen om te drogen.





Mijn oma was de hele maandag druk bezig met de was en het was een vermoeiende dag. Mijn moeder heeft het altijd een beetje anders gedaan, zij deed de was niet op maandag maar op dinsdag. Onze was is nog een tijd naar de wasserij gegaan tot mijn moeder een wasmachine kreeg, zij was de eerste in ons dorp. Het was een snelwasser, in een ogenblikje was de was de schoon, na het wassen ging ze ook de wasmachine gebruiken om het wasgoed te spoelen. Dat scheelde haar heel veel werk en in de tijd die ze over had kon ze leukere dingen gaan doen.
Auto van de wasserij
De was ging in manden naar de wasserij
Dat mijn moeder een wasmachine had viel wel op in het dorp waar wij woonden, er werd schande over gesproken. Dat mens van Jansen had een wasmachine, lui mens, en dat “ding” kon natuurlijk de was niet schoon genoeg krijgen. En dat luie mens ging ook nog eens wassen als het haar uitkwam.

Als mijn moeder stond te wassen, de machine stond op het plaatsje achter ons huis, was het wel een beetje druk op de dijk. Ineens waren er  veel dorpsbewoners onderweg.  Zij hadden de tijd, de was hadden ze zoals het hoorde op maandag gedaan.  Toevallig kwamen ze elkaar tegen voor ons huis. Vanzelfsprekend bleven ze bij elkaar staan voor een “praatje”, er was op dinsdag veel te bespreken.

Tegenwoordig hebben we wasmachines en drogers en kan een kind de was doen.

(Foto's gemaakt in Het Zuiderzee Museum in Enkhuizen)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten