dinsdag 24 december 2013

Fijne Feestdagen


Even stil staan

De stille dagen komen eraan

tijd om even stil te staan

overdenken en bezinnen

afsluiten of opnieuw beginnen

wat te doen met wensen of dromen

dingen die jou zijn overkomen

laat ze zijn en laat ze achter

de ergste worden zachter

de mooiste krijgen een plaats in je hart

maak ieder jaar een nieuwe start

begin aan je oude of nieuwe dromen

laat het leven op je af komen

heb lief, bewonder en geniet

meer dan dit leven heb je niet.

(dichter onbekend)

vrijdag 6 december 2013

Graffiti

grottekening Lascaux
Graffiti is de meervoudsvorm van het Italiaanse woord graffito en betekent ingekraste tekening. Graffiti is een kunstvorm die eigenlijk altijd al heeft bestaan. We kennen de prehistorische grottekeningen van bv Altamira, Nerja en Lascaux.


In de Klassieke Oudheid werden op muren en monumenten politieke denkbeelden, mededelingen en uitspraken kenbaar
muurschildering van Diego Rivera
gemaakt. 

Ook kennen we belangrijke muralsiten zoals de Mexicaan Diego Rivera (1886-1957), of de generatie na Rivera, bv de bekende graffitikunstenaar Keith Haring (1958-1990).

Graffiti zien we vaak als vandalisme. De openbare ruimte is daar een goed voorbeeld van. Treinstellen die van binnen en buiten zijn beklad, muren, tunnels en schuurtjes worden regelmatig met de spuitbus bewerkt.

De kunstenaar wil overal zijn handtekening achterlaten. Het kost de overheid veel geld en tijd om de illegale kunstwerken te verwijderen.

Om het enthousiasme van de kunstenaars een beetje in de hand te houden geven lokale overheden en bedrijven vaak opdracht aan graffitikunstenaars om hun handtekening legaal te plaatsen op muren, tunnels of rolluiken. Vaak zie je mooi schilder- of spuitwerk.





Niet iedereen kan het waarderen maar ook bij graffitikunst is het een kwestie van smaak en daar valt niet over te twisten. 

zondag 24 november 2013

Marmer

Pietà van Michelangelo (1499)
te zien in de Sint Pieter in Rome
Het woord marmer komt uit het Grieks van het woord marmaros dat glanzende steen betekent. Marmer wordt gewonnen in  Noorwegen, Groenland, Oostenrijk, Portugal, Griekenland, China en de Verenigde Staten.
Wij kennen vooral het Italiaanse marmer uit Carrara.
Carrara is een stad in het noordwesten van Toscane en al eeuwenlang beroemd door het mooie zuivere marmer. Het marmer uit deze omgeving is bekend onder de naam Carraramarmer.

De marmermijnen van Carrara zijn de oudste industrieterreinen ter wereld en nog altijd in gebruik. Marmer is een kalksteensoort dat al tientallen eeuwen onder zeer hoge druk en warmte ontstaat. De druk en warmte zijn zo hoog dat eventuele fossielen in het kalksteen zelfs zijn vernietigd. Gesteenten die op deze manier zijn ontstaan worden amorfe gesteenten genoemd.
Marmer herken je door het ontbreken van fossielen en zijn suikerachtige structuur. Het gesteente is zeer geschikt voor het maken van beeldhouwwerken maar ook wordt marmer gebruikt voor het verfraaien van bouwwerken, siervoorwerpen, schouwen,  vloeren en werkbladen in de kleuren wit, grijs, rood en roze.

Carrara marmergroeve
Het gewonnen marmer van Carrara wordt in stukken gespoeld en afgekoeld in de rivier Carrione. Door het eeuwenlang spoelen en koelen van het gesteente is het water in deze rivier helemaal wit geworden en stroomt er door de stad een rivier van melk.

De Etrusken en de Romeinen maakten al gebruik van het marmer uit Carrara.
Keizer Augustus (63 v.Chr.-14 n.Chr. ) schepte op dat hij Rome in steen had aangetroffen maar het achterliet in marmer.
Bij het zien van de vele met marmer versierde gebouwen in Rome, volgden andere steden in Italië al gauw dit voorbeeld en werden allemaal goede afnemers van het marmer uit Carrara. Er zijn inmiddels al miljoenen tonnen marmer gewonnen rondom Carrara en de groeven zijn nog steeds niet uitgeput, er is nog volop aanwezig.

De Romeinen gebruikten bij het winnen van marmer wiggen van vijgenhout die ze in de scheuren van het marmer dreven. Deze wiggen werden natgemaakt zodat het hout kon uitzetten waardoor het gesteente ging barsten.

Detail David van Michelangelo
te zien in de Galleria dell'Accademia
te Florence
In de Middeleeuwen raakten de groeven een beetje in verval maar tijdens de renaissance kwamen ze weer tot grote bloei. Michelangelo (1475-1564) was vaak in Carrara om persoonlijk de stukken marmer uit te zoeken voor zijn beeldhouwwerken.
Hij schreef regelmatig over het ongeëvenaarde vakmanschap van de steenhouwers uit Carrara. 

In de 19e eeuw is men begonnen met het gebruik van buskruit om het marmer in stukken te krijgen. Deze methode was wel sneller maar het marmer werd erg beschadigd. Het resultaat hiervan is vooral te zien aan de voorkant van de kathedraal van Florence. Tegenwoordig werken ze bij de winning van marmer met een ongeveer 100 meter lange staaldraadzaag, die over een langzaam lopende katrol loopt.

Kathedraal in Carrara
Als je in Carrara bent kun je een mooie wandeling maken naar de marmergroeven. Je ziet de gigantische witte marmerblokken als grote gebouwen, meestal tegen een prachtige Italiaanse lucht. In de stad zijn verschillende musea en je kunt marmerwerkplaatsen bezoeken voor demonstraties.
De kathedraal in Carrara is vanzelfsprekend bekleed met marmer uit de buurt. 

zondag 17 november 2013

Kitsch of Kunst

Wat is kitsch? Soms wordt kitsch kunst genoemd en kunst noemen we wel eens kitsch. Het is in ieder geval niet altijd duidelijk.
De term kitsch is rond 1900 voor het eerst gebruikt door Duitse kunsthistorici. Zij beweerden dat kitsch glad maatwerk was, bedoeld voor publiek met weinig smaak. Een echte definitie van kitsch is eigenlijk niet te geven.

We noemen een voorwerp kitsch als het elementen heeft uit verschillende stijlen en alles met elkaar een beetje teveel van het goede is. Je ziet veel glim- en frutselwerk, soms zoveel dat het bijna pijn aan je ogen doet.

In het Duits-Nederlands woordenboek staat kitsch vertaald als; rommel, prulwerk, clichéwerk. Sla je er andere woordenboeken op na dan lees je dat kitsch te maken heeft met een slechte smaak, het heeft de pretentie kunst te zijn, schijnkunst en noem maar op.

Toch is kitsch niet altijd kunstloos. Er zijn mensen die zich zeer vakkundig bezighouden met het vervaardigen van kitsch voor een groot publiek. Over smaak valt niet te twisten. Vind je kitsch mooi, dan is dat prima en kun je ervan genieten. Hou je niet van kitsch dan laat je het voor wat het is.

Als een kunstvoorwerp een andere functie heeft gekregen, dan noemen we dat ook kitsch. Denk hier bv. aan een antieke vaas waar een lampje in is gemonteerd zodat het een schemerlamp is geworden. Ook zie je weleens een eeuwenoude klok waarvan het oorspronkelijk, waarschijnlijk kapotte, uurwerk is vervangen door een eigentijds uurwerkje.

Het is toch wel kunstig om te bedenken hoe je van kitsch kunst kunt maken en van kunst kitsch.
Het is maar hoe je het bekijkt, geniet gewoon van de dingen die je mooi vindt.

zondag 10 november 2013

De sautoir

Het woord sautoir komt uit het Frans en betekent "op de borst". Een sautoir is een onderscheiding, een ridderorde of een gedeelte daarvan. Meestal gaat het om een oude adellijke ridderorde bv van de Johannieterorde.

Iemand die een sautoir als onderscheiding draagt moet zich aan bepaalde voorschriften houden. De oudste ridderorden werden aan een keten of een lint gedragen, later kwamen er lintjes die op de revers werden gespeld.
De onderscheiding werd bij heren altijd gedragen op een rokkostuum maar tegenwoordig mag de sautoir ook worden gedragen op een smoking.
Dames die een sautoir hebben ontvangen dragen deze meestal aan een strik op de borst.


Zoals gezegd in de 19e en 20e eeuw is de sautoir als lange ketting voor dames geïnspireerd op de sautoir als onderscheiding. De ketting was meestal zo lang dat de dames de ketting onder hun hoog gedragen ceintuur door moesten halen om geen ongelukjes te krijgen. Aan de onderkant van de ketting hing vaak een kwastje een medaillon of een horloge en deze voorwerpen waren verwisselbaar.

De sautoir paste goed in het modebeeld van die tijd, de japonnen van de dames waren zo gemaakt dat de vrouwen langer leken en een sautoir paste daar uitstekend bij.

Toch was zo'n lange ketting niet echt handig en veel van deze kettingen zijn later korter gemaakt. Vaak werd van één sautoir 2 of meer kortere kettingen en oorbellen van  gemaakt.
Dat is dan ook de reden dat er bijna geen sautoirs bewaard zijn gebleven.
Er zijn in deze tijd veel variaties op de sautoir op de markt maar met het oorspronkelijk sieraad heeft het niets meer te maken.

zondag 27 oktober 2013

Murano

Bruidsbeker te zien in het glasmuseum op Murano
Tot aan de dag van vandaag is het glas van Murano een wereldwijd begrip, vooral het gekleurde glas. De oorsprong van het Venetiaans glas ligt waarschijnlijk bij de glasblaascentra Altino en Torcello. Door de bloeiende handel tijdens de Gotiek en de Renaissance konden de Venetianen veel vaardigheden op het gebied van de glaskunst overnemen uit de Islamitische wereld. De glaswerkers konden in die tijd hun techniek verbeteren en verfijnen.
In 1271 fabriceerden de glasfabrieken vooral glas voor ramen, spiegels, geblazen glaswerk en heel veel glasparels.

In het stuk over Venetië HIER heb ik  al geschreven dat de glasbewerkers die maestro wilden  worden een proef moesten afleggen. Deze proef werd in 1346 verplicht en is ongewijzigd blijven bestaan tot de 18e eeuw. Deze meesterproef bestond uit het maken van een dubbele kristallen roos, een achthoekig glas en 2 kralen van verschillende vorm of een paternoster.

spiegel 19e eeuw
De regels van het gilde waren streng, het vak mocht alleen beoefend worden door mensen die bij het gilde stonden ingeschreven. Ook moest de kennis van glasblazen absoluut binnen het Venetiaanse lagunegebied blijven. Een glasmaker die toch zijn geluk buiten de Venetiaanse republiek wilde zoeken werd als een verrader beschouwd. Hij kon rekenen op de doodsstraf als hij terug kwam in het gebied en zijn familieleden konden worden gegijzeld.

De meeste glasblazers werkten en woonden vanaf de 13e eeuw op het eiland Murano. De glasblazerijen moesten van Venetië naar Murano verhuizen. De glasfabricage in Venetië werd te gevaarlijk omdat de gebouwen en huizen grotendeels van hout waren. Ook het personeel verhuisde mee. 

ghiaccioglas
Murano kende enkele beroemde glasmakerfamilies. Bv de familie Barovier, zij kregen in de 13e eeuw vooral bekendheid door de dochter Maria en de zoon Angelo. Zij ontwerpen voorwerpen van doorzichtig glas in felle kleuren zoals goud-geel, rood, blauw, groen, purper, bloedrood en donkerrood. De kleuren van deze voorwerpen kwamen erg dicht in de buurt van saffier, smaragd, robijn en turkoois. Zij verfraaiden hun producten met goud, email en miniaturen.

Bekend is de "bruidsbokaal", deze bokaal staat bekend onder de naam "Barovier" en is vervaardigd door Angelo. Deze bokaal is gemaakt van donker turkoois glas, waarop afgebeeld de portretten van bruid en bruidegom, afbeeldingen van vrouwen op paarden en een afbeelding van de fontein van de eeuwige jeugd. Deze bokaal is te zien in het glasmuseum op Murano.
Het emailleren en vergulden was voor 1469 een zelfstandig vakgebied met eigen regels vastgelegd door het gilde. Na deze datum viel het onder de verantwoording van de glasblazerij omdat deze technieken steeds vaker werden gebruikt bij de versiering van glas.

In 1475 werd in de werkplaats van Barovier het "lattimoglas" uitgevonden. Lattimoglas is een melkachtig, niet doorschijnende glassoort die erg veel lijkt op Chinees porselein. In de 1ste helft van de 16de eeuw zijn er nog meer nieuwe technieken ontwikkeld, bv het filigraanglas.
De glasblazers werkten graag uit de "vrije hand" (a mano volante). Op deze manier konden zij hun creativiteit tot uiting brengen op de glazen voorwerpen, maar dat vereiste vanzelfsprekend een grote mate van vakmanschap. De decoraties waren meestal dieren en bloemen in reliëf.
De productie van de voorwerpen werd steeds omvangrijker, buiten de grenzen van Venetië was het glas maar vooral de spiegels van "Venetiaans glas" zeer bekend en geliefd.

kroonluchter,  bestaat uit duizenden stukjes glas
In de 17e eeuw, de tijd van "Pracht en Praal"  HIER  wilden de mensen vooral glasvoorwerpen met een extravagante vorm. Dit vereiste kunstenaarschap en het ene product moest nog mooier zijn de het andere. Praktisch waren deze voorwerpen niet, ze golden alleen als statussymbool en de meeste producten hadden dan ook alleen maar de functie "mooi zijn". Ook was er in die tijd veel vraag naar parfumflesjes, succapino genoemd, en men was dol op tafellampen met versieringen van groteske dierenfiguren.

Zoals gezegd het Venetiaans glaswerk in al zijn uitvoeringen was ver buiten de grenzen van de republiek bekend en er werd flink ingekocht door de Europese vorstenhuizen, wat zeker niet ongunstig was voor de Venetiaanse economie.

De Franse koning Lodewijk XIV was zo dol op het Venetiaans glaswerk, dat hij zich behoorlijk te buiten ging met zijn aankopen. Niet alleen wat het glaswerk betreft maar ook kocht hij spiegels, kantwerk en prachtige stoffen. Om de uitgaven van de koning een beetje binnen de perken te houden probeerde minister Colbert de Venetiaanse glaswerkers naar Frankrijk te lokken zodat de producten in Frankrijk konden worden geproduceerd. Deze poging lukte en was zeker succesvol.
Tussen 1665 en 1670 was het zo dat de Franse glasproductie zelfs groter was dan de Venetiaanse. In Frankrijk ontwikkelde men nieuwe technieken om nog sneller en grotere spiegels te maken die ook nog eens goedkoper waren. De glaswerkers in Engeland en Bohemen stonden ook niet stil, door de innovaties die zij toepasten werd het voor de glasfabrieken in Murano lastig om alleen aan de top te blijven staan en de Venetiaanse glasindustrie kwam in een crisis terecht.

kelk met buisjes
 reticelli, lattimo en filigraan.
De glasmakers van Murano waren zelf mede schuldig aan deze crisis, zij weigerden om de nieuwe technieken, die in het buitenland waren ontwikkeld, te gebruiken.
Zij waren er van overtuigd dat hun manier van werken de beste was en dat wilden ze zo houden met alle gevolgen van dien. Uiteraard waren er glasblazers die wel met de nieuwe technieken aan de slag wilden maar zij werden alleen maar tegengewerkt en de fabrieken bleven alleen maar verlies lijden. Wel bleef Murano glas produceren en begon zich toe te leggen op namaak Boheems glaswerk.

In de 18de eeuw begon weer iets beter te gaan met de Venetiaanse glasproductie, de glasblazers stapten van hun oude ideeën af en begonnen toch zelf nieuwe glastechnieken te ontwikkelen. Zij verfijnden hun technieken en ze gingen meer betaalbare producten maken zodat het glas ook bereikbaar was voor de "gewone man". En zoals altijd, de mensen wilden meer en er kwam vraag naar betaalbare snuisterijen en kleurige gebruiksvoorwerpen versierd met bloemen en planten.

detail,  kelk  van reticello,
lattimo en filigraan
Venetië is regelmatig in handen geweest van  buitenlandse mogendheden en in 1797 was het afgelopen met de republiek Venetië. De gilden werden in die tijd opgeheven en dat was ongunstig, de glasindustrie kwam mede daardoor weer terecht in een dal, maar zo rond 1700 kwam er weer een gunstige verandering in.

Een belangrijke verandering en opleving van de glasmakerij kwam door abt Vicenzo Zanetti, hij was de man achter een stichting die het mogelijk maakte om in 1881 op Murano een glasmuseum te openen waar hij tentoonstellingen organiseerde die met de glaskunst hadden te maken
Ook was hij de man achter de school voor vormgeving die in 1862 werd geopend met het gevolg dat Venetië en Murano weer mee telden in de (glas)wereld.

Hedendaagse glaskunst
van Murano.
De naam Barovier is tot op de dag van vandaag nog steeds een begrip en het atelier is toonaangevend. De glasmakers van Murano hebben verschillende technieken op hun naam staan, niet alleen het lattimo- en het millefioriglas maar ook hebben ze naam gemaakt met geëmailleerd en kristalglas en het glas met gouddraden. En niet te vergeten de glasparels die al eeuwenlang de hele wereld over gaan.
Vanaf het midden van de vorige eeuw is het glaswerk uit de fabrieken van Murano ook bekend bij toeristen.

Hedendaagse glaskunst
van Murano
Het is zeker de moeite waard om Venetië en Murano te bezoeken en een kijkje te nemen in de verschillende musea en glasateliers.

Altino - Een gemeente in de provincie Venetië.
Torcello - een eilandje ten noorden van Venetië.
Gotiek - Stijlperiode 1140-2500 (vooral kerkgebouwen).
Renaissance - Stijlperiode na de Middeleeuwen.
Paternoster - Rozenkrans.
Familie Barovier - Glasblazersfamilie begonnen in de 13e eeuw.
Filigraanglas - Versierd met glasdraden of glaskorrels.
Ghiaccioglas - craquelé-effect
Reticelloglas - draden in helder glas
Zuccapino - parfumflesje.
Colbert (1619-1683) - Frans politicus
Verlichting of eeuw van de rede - Stroming rond 1630.

Millefioriglas - een techniek waarbij gekleurde stukjes glas wordt gesmolten in helder glas.
Glasblazerij te bezoeken op Murano

donderdag 17 oktober 2013

Venetië (3)

Gilde van de goudsmeden
Venetië streefde er door de eeuwen heen altijd naar om hoge kwaliteit en exclusieve producten te leveren, het gaf de stad aanzien en bracht welvaart. In het begin waren veel producten vooral voor de handel, de Venetianen zelf leefden lange tijd nogal eenvoudig.

In de 14e eeuw wilden ook de Venetianen weelderiger leven en zij gingen zich al gauw te buiten aan luxe goederen, zelfs zo erg dat er wetgeving kwam om de buitensporigheid te beperken. Er werd daarom een aparte magistratuur in het leven geroepen, die van "Pracht en Praal" (alle pompe).
In de 16e eeuw was de hang naar overmatige luxe niet meer tegen te houden en werd deze buitensporigheid min of meer normaal.

Een reiziger uit die tijd schreef tijdens zijn verblijf in Venetië over de kamer waar hij sliep. De inrichting van deze kamer had 24.000 gouden dukaten gekost, dat komt neer op ongeveer 2 miljoen euro. Zijn kamer had een verguld plafond, een vloer van albast, de kussens waren versierd met edelstenen en parels en hij sliep tussen laken met patronen van ingeweven zilverdraad.

In 1476 kwam er echt een "verbod" op dergelijke buitensporige rijkdom, er mochten  niet meer dan 150 gouden dukaten worden uitgegeven om een slaapkamer in te richten.

Op schilderstukken uit die tijd kun je zien dat het niet alleen binnenshuis zeer lux was maar ook de buitenmuren van de gebouwen waren opgetrokken uit veelkleurig marmer, ingelegd met edelstenen en bladgoud.
De binnenruimten van de paleizen en kerken werden versierd met fresco's en kantachtig stucwerk.
Gilde van de roeispaanmakers
In de paleizen waren de meubelstukken verguld en geëmailleerd, de wanden waren bespannen met damast en fluweel en daarop hingen enorme spiegels.
De vloeren waren veerkrachtig en de kamers werden verwarmd door middel van prachtige grote open haarden van gebeeldhouwd marmer. Aan de plafonds hingen grote kroonluchters van gekleurd glas, dit alles gaf een schitterend effect veroorzaakt door de vele spiegels en de open haarden. Eén en al pracht en praal.

Nog waren de Venetianen niet tevreden, ze wilden nog meer en nog groter. De meubels werden zo groot dat ze meer decoratief waren dan praktisch. Zelfs hun kleding pasten de Venetianen aan, ze moesten natuurlijk wel in hun interieur passen. De kleding die ze droegen was gemaakt van prachtige geweven en geverfde stoffen, versierd met borduursel van goud- en zilverdraad, kant en soms nog extra versierd met edelmetaal en verguld beslag. Door het vele ijzerdraad en de baleinen die in deze kleding was verwerkt was het noodzakelijk om stoelen te maken waar de mensen, met hun zware kleding, goed in konden zitten.

De wetten van de magistraat voor "Pracht en Praal", konden de hang naar luxe nog steeds niet in de hand houden. Deze luxe bleef bestaan en werd beroemd over de hele wereld, we kennen nu nog de begrippen Venetiaansrood van de verf, de Venetiaanse steek bij het borduurwerk en façon de Venise van het glaswerk.
wapen van de republiek Venetië

Venetië is een fascinerende stad, een stad als geen ander en zeker de moeite waard om één of meerdere keren te bezoeken. 

zaterdag 12 oktober 2013

Venetië (2)

Palazzo Venetia
Het bestuur van Venetië hield toezicht op de werkplaatsen, er werd gekeken of de vervuiling kon worden beperkt en ook of de gezondheid van de Venetianen niet in gevaar kwam. De handwerkers  waren verzekerd tegen ziekte en er werd na het overlijden van een knecht gezorgd voor de nabestaanden.

Om de beroepsgeheimen van de verschillende ambachten te beschermen was het verboden voor de handwerkers om de stad te verlaten, de kennis en de markt moest bij de Venetianen blijven. Wel mochten er vreemdelingen de stad in als ze over veel deskundigheid beschikten en als deze deskundigheid in de werkplaatsen kon worden gebruikt, dan werden deze personen met open armen ontvangen. De vreemdelingen die mochten blijven konden gemakkelijk de nodige vergunningen en werkruimten krijgen. Veel verbeteringen, zowel op technisch als op artistiek gebied van de Venetiaanse ambachten, zijn mede mogelijk gemaakt door de kennis van buitenaf.

De gilden hadden grote bemoeienis met alles wat er plaatsvond in Venetië, ook de inrichting van de stad viel onder hun verantwoording. De gilden wilden de bewoners van de stad beschermen tegen ongezonde situaties en vonden het daarom belangrijk dat de werkplaatsen voldoende ruimte hadden en er werd op toegezien of er genoeg stromend water waar dat nodig was.


Een voorbeeld hiervan is de glasfabriek, deze fabriek is verplaatst van Venetië naar het eiland Murano vanwege brandgevaar. De meeste gebouwen in Venetië waren van hout en daardoor brandgevaarlijk. Ook de leerlooierijen werden verplaatst naar Giudecca, omdat het water bij de looierijen enorm werd vervuild en de stank niet te harden was vanwege de smerige en ongezonde dampen die naar buiten kwamen.

De inrichting van de kerken was eveneens de verantwoordelijkheid van de gilden. Voor het beeldhouw- en schilderwerk werden grote kunstenaars ingehuurd bv Tintoretto (1518-1594). Alles werd tot in de perfectie uitgevoerd, er werd niets aan het toeval over gelaten. Je zag en ziet het mooiste houtsnijwerk, prachtige decoraties van  smeedijzer en marmer.
zelfportret van Tinteretto

De stad Venetië was trots op zijn handwerkslieden en de handwerkslieden waren trots op hun stad. 
De vele ambachten zie je ook terug in de straatnamen. Je vindt er het Wolplein, het Glashof, de Vergulde Lederzuilengang, de Goudsmidsteeg en het Roeispaanmakersplein, naar elke ambacht is wel een straat, gang, plein of steeg genoemd.


Tintoretto (1518-1594) - Venetiaans kunstschilder, zijn eigenlijke naam is Jacopo Robusti. Tintoretto betekent ververtje, naar het beroep van zijn vader, hij was wever (tintore).
Murano - eiland ten noorden van Venetië
Guidecca - eiland ten zuiden van Venetië

dinsdag 8 oktober 2013

Venetië (1)

San Ciacomo di Rialto
Als je in Venetië bent heb je het gevoel of je tussen de prachtige decors van een groot theater loopt. De stad is gesticht in 421 na Chr. tijdens de inwijding van San Ciacomo di Rialto. Het is gebouwd op 118 grote en kleine eilanden. In het gebied hebben altijd mensen gewoond, het waren landbouwers en vissers en de rijke Romeinen hadden er hun zomerhuizen. Door de strategische ligging en de rijke viswateren kwam er handel op gang en steeds meer mensen gingen er zich vestigen. Rond de 9e eeuw zijn veel eilandjes met elkaar verbonden door houten bruggen en zo werd de stad een eenheid. De stad kreeg als  beschermheilige Marcus van Alexandrië.

Venetië is helemaal opgebouwd door goed geschoolde handwerkers, de stad is helemaal uit het niets verrezen, er was eerst niets anders dan water en klei. Alle materialen die nodig waren om de stad op te bouwen moesten worden aangevoerd, zoals het hout voor de fundamenten van de paleizen, kerken, huizen en bestrating, de stenen en het marmer, eigenlijk alles dat nodig is om een stad te bouwen. De mensen die er gingen wonen moesten eten en drinken, hun huizen inrichten en ze moesten zich bewapenen. Aan bedrijvigheid geen gebrek.

San Giorgo Maggiore
De Venetianen bekwaamden zich vooral in de creatieve beroepen, het duurde dan ook niet lang tot ze er achter kwamen dat hun stad veel in z'n mars had en het daardoor economisch gewin kon opleveren. De producten die werden vervaardigd door de Venetianen waren van een dusdanig hoog niveau dat zelfs de meest bescheiden handwerker zich kon verheffen tot de "adel" van de kunst. Lange tijd werkten de handwerkers anoniem omdat er nauwelijks verschil was tussen de handwerker en de kunstenaar, al het afgeleverde werk was "kunst".
Ook was er weinig verschil tussen de "grote" en de "kleine" kunst. In die tijd was het normaal dat een kunstenaar verschillende ambachten beheerste. Zo was Andrea Palladio niet alleen de architect van kerken en paleizen maar ook was hij bekwaam in de houtsnijkunst. Titiaan, Tintoretto en Veronese waren niet alleen beroemde schilders maar maakten ook  bv wandtapijten en mozaïeken.

Mozaiek San Marco
Veel  kunstenaars zijn bij ons bekend door hun specifieke talent, bv Francesco Verzi met zijn porselein, de familie Franchini is vooral bekend door hun uitvinding van millefiori, of de familie Cavernezia, zij zijn bekend door hun prachtige fluwelen stoffen. En niet te vergeten de familie Dinie, bekend door hun kunstzinnig borduurwerk en de wandtapijten. Dit zijn maar een paar namen, er zijn in dit rijtje nog veel namen en hele families te noemen.

De kunstenaars en de ambachtslieden konden goed met elkaar overweg en liepen regelmatig bij elkaar het atelier binnen om over hun creativiteit en hun zaken te praten. Een atelier noemden ze in die tijd "bottega".
Vanaf het begin heeft Venetië zich toegelegd op het vervaardigen van luxe goederen, ze hadden snel door dat de handel in luxe en exclusieve goederen de stad en zijn bewoners welvaart kon brengen. De Venetianen keken vooruit, ze bleven niet stilstaan. Het is bekend dat vanaf de 12e eeuw hun industrieën hoogwaardige producten afleverden. Venetië werd een welvarende stad en dat wilden ze beschermen en behouden. Zo ontstonden de gilden voor de  verschillende beroepsgroepen om op die manier hun geërfde kennis, die al eeuwenlang bestond, te behouden. Deze kennis werd zorgvuldig bewaakt en er werd steeds weer gestreefd naar verbetering en perfectie. De Venetianen beschikten over vakmanschap op elk gebied en deze kon bijna niet geëvenaard kon worden.

De beroepsgroepen met dezelfde specialiteit hadden hun eigen statuten, waar iedereen zich aan moest houden.
De magistratuur die belast was met de gilden, is opgericht in 1173 en het was o.a. hun taak om de consument te beschermen door te controleren of er geen fraude werd gepleegd en er werd goed op de prijzen gelet.

Iedere inwoner van Venetië kon zich laten inschrijven bij het gilde als hij 16 jaar was. Wel moest die persoon eerst een geschiktheidstest doen en hij moest netjes zijn belasting hebben betaald. Werd hij toegelaten, dan moest hij als knecht (garzone) ongeveer 7 jaar in een werkplaats werken en leren. Was dat allemaal naar wens verlopen, dan werd hij voor 3 jaar werkman (lavorante). Aan het eind van deze periode moest hij een, niet eenvoudige, test afleggen. Was hij daarvoor geslaagd dan kon hij de titel "maestro" voeren. Een maestro kon zijn eigen atelier openen en personeel aannemen.

San Ciacomo di Rialto - Oudste kerk van Venetië, ingewijd in 421 n.Chr.
Marcus van Alexandrië - Volgens de overlevering was hij de schrijver van het Evangelie van Marcus.
Palladio (1508-1580) - de naam Palladio is hem gegeven door zijn eerste opdrachtgever Gian Giorgo Trissino en verwijst naar pallas Athene de Griekse godin van de wijsheid. Zijn eigenlijke naam was Andrea Pietri della Gondola.
Titiaan (1487-1576) - eén van de belangrijkste kunstschilders tijdens de hoogrenaissance.
Zijn eigenlijke naam was Tiziano Vecelli.
Tintoretto (1518-1594) - Venetiaans kunstschilder, zijn eigenlijke naam is Jacopo Robusti. Tintoretto betekent ververtje, naar het beroep van zijn vader, hij was wever (tintore).
Paolo Veronese (1528-1588) kunstschilder tijdens de renaissance. Zijn echte naam was Paolo Cagliari, hij werd bekend als Veronese omdat hij was geboren in Verona.

zondag 29 september 2013

Hematiet

Hematiet is een zwart mineraal, een ijzeroxide met een hardheid van 5-6.5 op de schaal van Mohs.
Het is een verrassend gesteente, als je over de steen krast komt er rood poeder tevoorschijn en kras je de steen over een ruw oppervlak dan ontstaat er een rode streep.
Bij het slijpen van het gesteente komt het vrijgekomen rode poeder in aanraking met het water, dat bij het slijpen wordt gebruikt, en dan lijkt het op bloed.
Deze rode kleur is de reden om het gesteente hematiet te noemen.
De naam komt uit het Grieks, van het woord haima, dat bloed betekent. In Duitsland noemen ze de steen daarom Blutstein (haima en lithos).

Er is maar weinig hematiet dat geschikt is voor het maken van sieraden, het meeste is voor industriële doeleinden, vooral als polijstmiddel. Maar ook de edelsmid gebruikt hematiet om te polijsten, zilver en goud krijgt hierdoor een mooie diepe glans. Gebruikt de edelsmid hematiet als polijstmiddel dan wordt het Parijs- of polijstrood genoemd.

Mooie gestreepte stenen worden vooral gevonden op Elba en in Cumberland (Engeland). De stenen die daar vandaan komen worden kidney ove, genoemd. 
Verder is hematiet te vinden in Engeland, Duitsland, Zweden, Noorwegen, België, Spanje, Italië, Algerije, Brazilië en de Verenigde Staten.
Vaak zie je hematiet in dunne schijfjes, deze schijfjes zijn zo dun dat ze rood doorschijnen als ze tegen het licht worden gehouden. Deze schijfjes komen meestal voor in de vorm van een rozet, de zgn. ijzerroos.

Omdat hematiet ijzererts is zou je verwachten dat het magnetisch is, maar dat is niet het geval. Soms heb je wel magnetische hematiet maar dan is het gesteente vermengd met een hoeveelheid magnetiet. Als je hematiet gaat verhitten krijg je wel een magnetisch effect.

Hematiet was duizenden jaren geleden al bekend bij de Oude Egyptenaren, de Oude Grieken en de Romeinen. In het Oude Egypte, ongeveer 2500 v.Chr., werd hematiet als amulet mee gegeven naar het dodenrijk, en er zijn scarabeeën gevonden van hematiet bij mummies..
Ook in het Oude Babylon, 3000 - 1500 v.Chr. zijn rolzegels en amuletten gevonden. Hematiet is ook veel als medicijn gebruikt, vooral bij het genezen van wonden, bloedarmoede en ontstekingen.

Historia Naturalis
In de Romeinse tijd associeerde men hematiet met Mars, de god van strijd en oorlog. Ook werden er spiegels van gemaakt. Plinius de Oudere 23 - 79. n.Chr.,  maakte hier melding van in zijn boek, Historia Naturalis.

In de Middeleeuwen was hematiet erg populair. Het gesteente werd niet alleen gebruikt voor sieraden maar ook werden er beeldjes, rozenkransen en amuletten van gemaakt.
Deze amuletten zouden bescherming bieden tegen het boze oog en hekserij.
De  drager van zo'n amulet zou in zijn dromen worden gewaarschuwd voor naderend onheil.

Tijdens de Victoriaanse tijd (1837-1901) werd hematiet vooral gebruikt voor het maken van sieraden, rozenkransen en rouwsieraden.

(foto,s o.a. van www.Samoea.nl)

zondag 22 september 2013

Sieraden van de Navajo's

Regelmatig breng ik een bezoekje aan een museum.
Er zijn nogal wat in Nederland en wat dat betreft kun je elke week wel naar een mooie tentoonstelling of nog eens de vaste collectie bekijken.
Er zijn enkele musea waar ik regelmatig kom omdat ik niet alles tijdens één bezoek kan bekijken, en ik wil bepaalde voorwerpen vaker zien.
Eén van die musea is bv  Museum voor Volkenkunde in Leiden. 

Deze week heb ik iets langer stilgestaan bij de Navajo of Dineh, een Noord-Amerikaans Indianenvolk.
De Navajo's zijn verbonden aan de Apachestam en wonen voornamelijk in New Mexico, Arizona, Colorado en Utah. Ze zijn van oorsprong een nomadenvolk en leefden van hun schapen en geiten. Tegenwoordig hebben veel Navajo's een eigen huis en verbouwen o.a. aardappelen, bonen, graan en pompoenen.

Vanaf 1900 hebben de Navajo's een eigen grondgebied, het Four Corners Reservaat waar ze min of meer autonoom zijn.
Binnen de Verenigde Staten zijn zij het rijkste inheemse volk, dat hebben ze te danken aan het uranium, zilver en steenkool dat volop aanwezig is in hun leefgebied.

De Navajo's zijn vooral bekend om de bijzondere dekens die de vrouwen maken, en de mannen zijn goede ijzer-, koper- zilversmeden. Ze beheersten en beheersen traditioneel verschillende technieken voor het maken van voorwerpen en sieraden zoals gieten, hameren, stempelen en graver en. Ze hebben prachtige sieraden en voorwerpen gemaakt. De voorwerpen die ze tegenwoordig maken worden nog steeds versierd met turkoois en andere halfedelstenen. 

Aan de gesteenten werden mystieke krachten toebedacht, en de voorwerpen van zilver gaven hun status van welvaart aan.
Ook werden de voorwerpen gebruikt bij transacties op handelsposten. Tegenwoordig worden de voorwerpen nog altijd traditioneel gemaakt maar wordt ook machinaal veelvuldig nagemaakt.


(Foto's gemaakt in Museum voor Volkenkunde te Leiden)

zondag 8 september 2013

Claddagh-ring

De Claddagh-ring is genoemd naar- en  afkomstig uit het kleine dorpje Claddagh in Ierland. Er zijn zeker al 300 jaar verschillende verhalen in omloop over het ontstaan van deze ring.

De ring is het symbool van trouw in de liefde, vriendschap en loyaliteit. Het bestaat uit drie symbolen, een hart, een kroon en twee handen die het hart omvatten. Het hart staat voor de liefde, de kroon voor loyaliteit en de handen voor vriendschap.
De ring brengt geluk maar alleen als je de ring hebt gekregen.

De eerste ring komt naar alle waarschijnlijkheid uit het plaatsje Claddagh, waar alle mannen vissers waren. De vissers hadden  dit teken op de zeilen van hun vissersboten geschilderd en later droegen ze een ring met dit symbool. Zo konden de vissers van Claddagh altijd hun plaatsgenoten herkennen. Vreemdelingen en vijanden, dus de mensen zonder de ring, werden verjaagd of erger.

Claddagh was een gesloten gemeenschap en ze werden streng geregeerd door de "King".
Deze King maakte gebruik van oude en strenge wetten, alle mannen moesten visser zijn, een ander beroep werd niet getolereerd en was ten strengste verboden. In deze harde, op zichzelf staande gemeenschap zou de Claddagh-ring zijn ontstaan.

Er is een verhaal dat de ring met z'n symbolen ontstaan zou zijn uit de Keltische mythologie. Het hart zou staan voor de "mensheid", de linkerhand staat voor Anu, de moedergodin en de rechterhand voor Dagda, de oppergod. De kroon zou staan voor de mythologische figuur Beathauile. De mensheid, het hart zou worden beschermd door de goden.

Ook mooi is het verhaal over de persoon die de eerste ring gemaakt zou hebben. Richard Joyce was een zeeman uit Claddagh, erg verliefd op een meisje uit zijn dorp en ze hadden trouwplannen. Het schip waarop hij was uitgevaren werd overvallen op de Middellandse-Zee door piraten uit Algerije. Richard werd gevangen genomen en als slaaf verkocht aan een goudsmid in Algerije. Tijdens zijn gevangenschap leerde hij het vak van goudsmid, maar bleef ondertussen denken aan zijn geliefde in Claddagh.

Willem III sluit in 1689 een akkoord  met de Moren, waarin de bepaling is opgenomen dat alle slaven moeten worden vrijgelaten. Richard was ondertussen een goed vakman geworden en onmisbaar voor de goudsmid waar hij in dienst was. Hij wilde Richard dan ook niet kwijt. Hij bood hem daarom zijn dochter aan als echtgenote en de helft van zijn bezit. Het was een mooi aanbod maar Richard koos er voor om terug te keren naar Claggagh en te trouwen met het meisje dat hij lief had. Het meisje had trouw op hem gewacht en Richard kon zijn geluk dan ook niet op en maakte voor haar een ring. Dat zou de ring zijn die wij kennen als de Claddagh-ring, een hart met een kroon omvat door twee handen.

Ook de christelijke kerk kent de ring en heeft er een symbolische betekenis aan gegeven. De handen zouden staan voor Jezus en de Heilige Geest, en het hart met de kroon zou staan voor God.

De ring met zijn symbolen is een bijzondere ring en moet ook op een speciale manier worden gedragen.
De ring draag je aan de rechter ringvinger,als je geen relatie hebt met de punt van het hart naar de nagel. Als je verliefd bent draag je ring ook aan de rechter ringvinger maar dan met de punt van het hart naar de pols.
De ring wordt aan de linker ringvinger gedragen met de punt naar de nagel als je verloofd bent en ben je getrouwd dan draag je de ring ook aan de linker ringvinger maar dn met de punt van het hart naar de pols.

Er zijn nog meer verhalen in de omloop over het ontstaan van de Claddagh-ring, de één nog mooier dan de ander.

woensdag 28 augustus 2013

Onyx

ruwe onyx
Onyx is zwart van kleur en is een variant van het chalcedoon. Echte zuivere zwarte onyx komt niet zo heel veel voor, de meeste zwarte stenen die doorgaan voor zwarte onyx zijn bijna altijd gebeitste agaten.

Onyx heeft een hardheid van  6.5-7 op de schaal van Mohs en meestal wordt de steen cabochon (bol) geslepen.

Naast de zwarte stenen zijn er ook stenen met een zwart-witte streep. Maakt de slijper bij het bewerken van de steen alleen gebruik van de witte laag, dan spreken we van witte onyx. Ook is er roodbruin gestreepte onyx, deze kennen we als sardonyx en wordt op dezelfde manier bewerkt als de zwarte en de witte stenen.
Je komt niet alleen onyx in gestreepte lagen tegen, maar ook zie je stenen met gekleurde ringen, de slijper kan gebruik maken van deze ringen door er de zogenaamde ogen uit te snijden.

De naam onyx komt uit het Grieks en  betekent vingernagel, waarschijnlijk een verwijzing naar de halve maantjes op de nagels. De Oude Grieken geloofden dat onyx een gunstige invloed had op nagels, huid en haar. 

De Soemeriërs, Feniciërs, Egyptenaren, Grieken, Romeinen en Chinezen kenden het gesteente en slepen er hun amuletten uit. Amuletten werden vooral gesneden uit de stenen met het zogenaamde oog , het oog zou de mensen beschermen tegen het kwaad. Tegenwoordig worden er nog steeds ogen geslepen om het kwaad af te wenden, niet alleen uit onyx maar ook agaat en sardonyx zijn hiervoor geschikt.


cabochon geslepen
In het oude Egypte werden er sier- en gebruiksvoorwerpen van gesneden en ook de oude Romeinen gebruikten de steen o.a. voor het snijden van zegelringen en cameeën.

De Chinezen noemden onyx "de steen der droefheid".
Ze geloofden dat je als je in het bezit was van onyx, je er allerlei onenigheid over jezelf zou afroepen.
Dit onheilsbericht en het gesteente nam Marco Polo mee terug naar huis. Vanaf zijn terugkomst werd de steen in Europa ook de "steen der droefheid" genoemd maar ook kreeg het de naam "steen der egoïsten".

Vindplaatsen zijn  in India, Saoedi-Arabië, Egypte, Brazilië, VS, Australië, Rusland, Tsjechië, Duitsland en Roemenië.

(Foto's o.a. van www.semoea.nl)